n 2024 brengen we een aantal premium theesoorten uit Georgië mee naar België. Met dit kleine assortimentje willen we meehelpen om thee-enthoesiastelingen de bijzondere wereld van artisanale Georgische thee te laten ontdekken.
De missie van de producenten is om de unieke thee-aroma’s te paren met hun inherente positieve impact op onze gezondheid. Magie voor onze zintuigen.
Elke mengeling is een delicaat boeket van aroma’s van wilde kruiden en theesoorten uit het gebied van de Grote Kaukasus. De eerder zeldzame zwarte en groene theesoorten worden geoogst in West-Georgië waar de pure berglucht zich mengt met de verfrissende zeebries. Dit creëert een ideaal klimaat voor de cultivatie van thee.
We zorgen voor thee uit mature uit zaad gekweekte theeplantages wat op zijn beurt bijdraagt tot de complexiteit van zijn smaak- en geursensatie.
Het bijzondere klimaat met zijn korte zeven maanden durend groeiseizoen – door de koude winters – laat toe dat de theestruiken voldoende kunnen rusten en kracht opdoen. De thee wordt gekweekt zonder chemische hulpmiddelen en voorzichtig geoogst door kundige handen.
De theeselectie in ons assortiment wordt niet voor niets tot ‘de schat van de Kaukasus’ gerekend door de Franse theekenners van Mariage Frères.
Een aantal citaten:
“Kostbaar obsidiaan. Een geur van stormachtig vulkanisch gesteente vermengt zich met een gastronomische noot van verse dadel en een intens vleugje camelia”.
“Elegant gedraaid en gedrapeerd in ebbenhout, ademen de bladeren een geur van tonkaboon en bosgeur uit”.
In 1809 introduceerde prins Mamia Gurieli van West-Georgië de Camellia Sinensis, een gedenkwaardige stap die de landbouw in de regio zou veranderen. Vóór de komst van deze theeplant, maakten de mensen van het Kaukasusgebergte al opvallende botanische theesoorten van lokale planten die ze verzamelden in de overvloedige bossen en weiden. Deze theesoorten, gemaakt van wilde bosbessenbladeren, rododendron, wilde bergtijm, rozenbottels, meidoornbessen en nog veel meer, boden een verscheidenheid aan smaken die de zintuigen betoverden.
Terwijl Georgië vaak werd geassocieerd met wijn en zijn indrukwekkende landschappen, schoot thee stilletjes wortel in de vruchtbare grond van West-Georgië. In het midden van de 19e eeuw erkende het Russische Rijk dat de subtropische heuvels van West-Georgië ideaal waren voor de theeteelt. In een poging om een onafhankelijke toeleveringsketen voor thee op te zetten, begonnen ze met de aanleg van theeplantages in deze heuvels.
Georgische thee kreeg internationale bekendheid dankzij de hulp van Chinese theetelers die de productie aan het eind van de 19e eeuw verbeterden. Dit culmineerde in de ontvangst van een gouden medaille op de Wereldtentoonstelling van 1900 in Parijs.
In het Sovjettijdperk verschoven de prioriteiten van de Georgische theeproductie en werd de nadruk gelegd op kwantiteit in plaats van kwaliteit, waardoor de reputatie van de thee afnam. Na het uiteenvallen van de Sovjet-Unie kende de Georgische thee een periode van tegenspoed. Een veerkrachtige gemeenschap van ambachtslieden begon echter aan de missie om de traditie van theecreatie nieuw leven in te blazen.
Vandaag de dag beleeft Georgische thee een heropleving, met een hernieuwde focus op kwaliteit in plaats van massaproductie. Met zijn unieke smaken en chemicaliënvrije teelt eist Georgische thee terecht zijn plaats op tussen de beste theesoorten ter wereld, met aparte kenmerken voor zowel zwarte als groene soorten.